Mijn strijd voor democratie (opiniestuk van Bahar Kimyongür in De Standaard)

IK zit vandaag in de gevangenis van Nijvel omdat ik een communiqué heb vertaald en omdat ik in een interview heb gezegd dat het gebruik van geweld door de Turkse verzetsbeweging DHKP-C, in de context van extreme repressie in Turkije, een legitieme vorm van zelfverdediging is. Die twee feiten volstonden voor de rechters van het Gentse hof van beroep om van mij niet alleen een 'terrorist' te maken, maar ook een 'leider' van de DHKP-C. Iets wat ik met klem ontken.

Ik kan in eer en geweten zeggen dat ik als medewerker van het informatiebureau van de DHKP-C nooit de gewapende strijd heb gepropageerd. Ik heb er wel voor geijverd om een einde te maken aan de folteringen in Turkije. Om tot een oplossing te komen voor het dramatische conflict in de Turkse gevangenissen, dat aan 122 militanten het leven heeft gekost. Om de onderdrukking van de nationale minderheden in Turkije te stoppen.

In zijn opinieartikel van 28 maart zegt journalist Filip Verhoest dat ,,iemand die een ander het recht op leven ontzegt, ook geen aanspraak kan maken op vrije meningsuiting., Ziet hij niet een paar dingen over het hoofd? Bijvoorbeeld de liquidatie van opposanten door de Turkse staat, lang voor de oprichting van de DHKP-C? Of dat het leger sinds de staatsgreep van 12 september 1980 de echte macht in handen heeft? Of dat de grondwet, die vandaag van kracht is, is opgesteld door de junta? Dat er nooit een diepgaande democratische overgang is geweest tussen de militaire dictatuur en het huidige regime? Dat de Turkse staat beroep doet op clandestiene, maffieuze en extreem-rechtse netwerken om schrijvers, journalisten, pro-Koerdische gekozenen en studenten te folteren en te vermoorden?

Verhoest beweert dat de DHKP-C niet gekozen heeft voor de democratische weg. Maar weet hij dat deze beweging beschikt over een netwerk van syndicale, academische en culturele verenigingen en comités? Dat ze het advies gaf om voor de progressieve pro-Koerdische partij, de Dehap, te stemmen bij de verkiezingen in 2002? Dat ze bij de gemeenteraadsverkiezingen talloze onafhankelijke burgemeesters heeft gesteund? Het zijn de Brugse en Gentse rechters, die bewust alle aandacht hebben toegespitst op de meest marginale activiteit van de DHKP-C, namelijk de gewapende strijd.

Verhoest geeft als voorbeeld de aanslag op Sabanci op 9 januari 1996. Ik wil hem eerst zeggen dat ik elke moord als een dramatische en spijtige gebeurtenis beschouw, die op Sabanci en zijn twee medewerkers inbegrepen. Maar laten we ook de context bekijken. Abdulmecit Seckin, Riza Baybas, Orhan Ozen en Gultekin Beyhan zaten gevangen in de Umraniye-gevangenis vanwege hun lidmaatschap van de DHKP-C. Op 3 januari 1996 viel het leger hun slaapvertrek binnen en bracht de vier op een sadistische manier om het leven. Alsof hun dood niet volstond, heeft de politie op hun begrafenis in Istanboel, op 8 januari 1996, 1.500 mensen aangehouden en in een sportzaal opgesloten, waar alle wreedheden waren toegelaten.

Het is op dat hoogtepunt van staatsterrorisme dat strijders van de DHKP-C de Sabanci Holding zijn binnengedrongen en er drie personen hebben gedood, waaronder Sabanci. En, ook al is de Sabanci-dynastie een van dé economische pijlers van het Turkse regime, persoonlijk had ik liever gezien dat de DHKP-C arbeidersstakingen had georganiseerd om zijn vermoorde militanten te wreken.

Ik heb inderdaad in december 2000, in een vlaag van woede, voor een RTBF-camera op een verdedigende manier gesproken over die aanslag. Op het moment dat ik dat interview gaf, vernam ik ook de dood van verschillende van mijn persoonlijke vrienden, na een inval van het leger in niet minder dan 20 Turkse gevangenissen. Als ik die tragische dagen in herinnering breng, dan is het niet om wat dan ook te rechtvaardigen. Ik wil er alleen mee aantonen dat het heersende antiterroristische dogma alleen het gelijk van de sterkste verdedigt, bepaalt wat men nog mag denken en voelen en ertoe bijdraagt om de dissidente meningen uit te roeien.

In Turkije sympathiseren tienduizenden mensen met de guerrilla van de DHKP-C. De guerrilla van de PKK telt er miljoenen sympathisanten. Elke kiezer voor de pro-Koerdische partij DTP is een potentiële ondersteuner van de gewapende strijd. Als het verdedigen van de gewapende strijd een misdaad is, dan moet men iedereen opsluiten die de bezetting van Irak of Palestina verdedigt, want bezetting is een vorm van gewapende strijd. De strijd voor de democratie is een ernstige en zelfs zeer gevaarlijke zaak. In Turkije kan die strijd je het leven kosten. In België kost het je vandaag de vrijheid.

Bahar Kimyongür

(De auteur is een veroordeeld lid van de Turkse verzetsbeweging DHKP-C.)